Bonbons maken

Dit heb je nodig (ongeveer 5 bonbons per kind):

• melkchocolade callets (100 gram per kind)
• witte chocolade callets (50 gram per kind)
• siliconen bonbonvorm
• schort
• smarties
• zilverpilletjes
• mini marshmellows of marsepein
• lepel
• kommetje dat in de magnetron kan
• plastic zakje
• magnetron of gasfornuis en pan met water
• koelkast

Zo maak je de bonbons:

Dek de tafel af met een kleed.
Leg alle spullen op tafel klaar. Doe ieder kind een schort aan. Zet midden op tafel de verschillende siliconen bonbonvormen neer.
Smelt de chocolade. Dit kan op twee verschillende manieren:
a. au bain-marie:
Zet een pan op het vuur en vul deze met water. Verwarm het water en hang in de pan een hittebestendige kom. In de kom doe je de chocoladecallets. Deze zullen snel smelten. Roer regelmatig om en pak de kom af en toe uit de pan en laat het geheel iets afkoelen. De chocolade moet namelijk niet te snel smelten, dan
verliest het zijn glans. Als de chocolade helemaal is gesmolten en vloeibaar is, is het klaar voor verdere verwerking.
Let op: chocolade en water gaan niet samen. Pas op dat er geen water bij de chocolade komt. De chocolade zal dan gaan klonteren.

b. in de magnetron:
Zet de magnetron op maximaal 600 watt en smelt de chocolade 30 seconden. Hierna roer je de chocolade goed
door en herhaal je het proces. Dit doe je net zo lang tot alle chocola is
gesmolten.
NB.
Ga je de chocolade met de kinderen samen smelten, verdient de magnetronmethode
de voorkeur. Dit is voor de kinderen veiliger.
De kinderen zullen de verschillende vormen samen gebruiken. Zet deze midden op
tafel. Je kunt er voor kiezen de vormen voorzichtig in 2 stukken te knippen
maar je kunt de kinderen ook samen in een vorm laten werken. Dan is het handig
kleine papiertjes klaar te leggen waar de kinderen hun naam op kunnen zetten .
Deze papiertjes kunnen ze in een vakje naast de gemaakte bonbon stoppen. Heb je
toevallig post-it blaadjes, kun je de kinderen een post it blaadje aan de vorm
laten plakken.

Nu kun je bonbons gaan maken. Hieronder volgt een beschrijving voor 4 verschillende bonbons.
1. laagjesbonbon
Laat de kinderen de bonbonvorm laagje voor laagje vullen met afwisselend witte en
melkchocolade. Voordat de kinderen een nieuwe laag chocolade in de vorm
kunnen doen, moet de chocoladevorm 5
minuten in de koelkast staan zodat de onderliggende laag al wat hard kan worden.
Deze bonbon is geschikt voor jonge kinderen. Zodra de bonbon goed hard is, kun je hem voorzichtig uit de vorm drukken.
2. Gevulde bonbon
Giet gesmolten chocolade in de bonbonvorm. Vul het vormpje helemaal. Laat dit 10
seconden staan en giet dan voorzichtig de chocolade terug in het kommetje. Een
laagje chocolade zal in de vorm blijven zitten. Kijk goed of het aan de zijkanten en op de
bodem zit.
Met het lepeltje kun je de chocola eventueel nog een beetje
verspreiden over de bodem en zijkanten. Zet de bonbon 5 minuten in de koelkast
en herhaal bovenstaande nog een keer.
Neem nu een stukje marshmellow of een klein bolletje marsepein en leg dit in de bonbon. Vul nu de bonbon helemaal af
met chocolade zodat de marshmellow of het marsepein is bedekt.
Zet de bonbon weer in de koelkast om helemaal hard te worden.
Zodra de bonbon goed hard is, kun je hem voorzichtig uit de vorm drukken. Wil je het
proces bespoedigen, kun je de bonbon even in de vriezer zetten.
De bonbon wordt extra mooi als je wat gesmolten witte chocolade in sliertjes over de bonbon laat
druppelen. Oefen dit even voordat je de chocola over de bonbon druppelt. Ik pak
altijd een lepel gesmolten chocola en laat de chocola eraf lopen terwijl ik de
lepel heen en weer boven de bonbon beweeg.
Deze bonbon is lastiger te maken en is meer geschikt voor oudere kinderen.

3. smikkelbonbon
extra nodig:

• bakpapier
• roomboter
• (wegwerp)spuitzak of zip-lock diepvrieszak

Voeg bij de gesmolten chocolade een klein beetje roomboter en roer deze door de
chocolade. Doe dit met kleine beetjes totdat je merkt dat de chocolade wat
dikker wordt en niet meteen meer van de lepel afloopt.
Doe nu de chocolade in de spuitzak en spuit kleine toefjes chocola op het
bakpapier. Misschien lukt het om een vormpje te tekenen op een stukje papier,
dit onder het bakpapier te leggen en dan de chocola te spuiten in de gekozen
vorm. Met jongere kinderen is het verstandig om eenvoudige toefjes te spuiten.
Leg midden op de bonbon smarties of zilverpillen.
Laat de bonbon afkoelen in de koelkast.
Tip:
Heb je niet voldoende spuitzakken? Een goed alternatief kan een zip-lock diepvrieszak zijn. Hier kun je de chocola in scheppen. Knip dan een klein hoekje uit de zak en spuit de chocola uit dat gaatje.
4. pindarotsjes
extra nodig:

• ongezouten pinda’s
• hamer of deegroller
• plastic zakje
• bakpapier

Doe een klein beetje pinda’s in het plastic zakje en houd het stevig dicht. Sla een paar keer met de hamer of deegroller op het zakje zodat de pinda’s in kleine brokjes uit elkaar vallen.
Doe de pinda’s bij de gesmolten chocolade en roer dit door. Schep nu wat van het mengsel als een hoopje op het bakpapier. Zet de pindarotsjes in de koelkast om hard te worden.

En dan nog dit:
Bij het maken van bonbons moeten de kinderen soms even wachten tot de bonbon hard is. In de tussentijd kun je de kinderen alvast leuke lintjes laten kiezen en ze die op een zakje laten plakken. Bij de verschillende
kantoorboekhandels kun je leuke decoratielintjes kopen. Om verwarring te voorkomen is het ook handig de kinderen een leuk kaartje te laten maken voor aan het zakje met hun naam en misschien een mooie tekening. Zorg dat je mooi papier, scharen en stiften klaar hebt staan waarmee de kinderen een mooi ontwerp kunnen maken.
Als alle kinderen klaar zijn, kun je ieder kind een bonbonmakers diploma uitdelen. Het diploma vind je hier.

Alles nog eens rustig bekijken op film

Wil je alles nog even rustig bekijken?
We hebben een instructiefilm gemaakt waarin we stap voor stap laten zien hoe je de bonbons maakt.